Lissabon staat bekend om de vele gebouwen in Manuelino-stijl, een unieke Portugese stijl. Zo zijn ook de Toren van Belém en het Jeronimos Klooster in dit stijltje gebouwd. En beide gebouwen hebben een plekje kunnen bemachtigen op de UNESCO-werelderfgoedlijst. We kunnen er dus niet omheen draaien dat deze beide gebouwen vrij bijzonder zijn. Alles over deze twee highlights van Lissabon lees je hieronder.
1. Toren van Belém
Een stukje geschiedenis
De Toren van Belém – of Torre de Belém, hoe hij officieel heet – werd gebouwd om twee redenen. Allereerst moest de toren dienen als uitkijktoren voor alle vijandelijke schepen die de haven uit moesten worden geweerd. Ten tweede werd deze toren gebouwd om de ontdekkingsreizen van Vasco da Gama te herdenken. Toch waren dit in eerste instantie niet de redenen om een toren te bouwen. Koning Johan II wilde namelijk aan het einde van de vijftiende eeuw een fort bouwen om Lissabon te verdedigen. Helaas overleed hij om het project voort te kunnen zetten, dus nam koning Manuel I het stokje over en liet hij de Toren van Belém bouwen.
Uiteindelijk stond-ie er in 1520: De Toren van Belém. Zo’n zestig jaar later stormde Spanje Portugal binnen en Lissabon werd ingenomen. De functie van de toren veranderde hierbij ook: gevangenen werden namelijk in de kerkers gestopt en deze ondergrondse cellen stonden regelmatig vol met al het water van de Taag. In 1830 kwam er een einde aan dit gruwelijke fenomeen.
Tien jaar later, in 1840, werd de Toren van Belém gerestaureerd en onder andere werden er versieringen in de Manuelino-stijl aangebracht en in 1910 werd het bestempeld tot een nationaal monument. In 1987 kwam de toren op de UNESCO-werelderfgoedlijst, samen met het Jeronimos Klooster.
Toren van Belém bezoeken
Vandaag de dag is de Toren van Belém een van de mooiste bezienswaardigheden van de Portugese hoofdstad. En dat is ook niet zo gek, want de toren is nog in een heel goede staat én je hebt vanuit de toren een gaaf uitzicht over de stad. Het is dan ook open voor publiek. Het mooiste moment om de toren te bezoeken is wanneer de zon op of onder gaat. Hierdoor krijgen de stenen van de toren een mooie rode gloed, wat zeker een fotokiekje waard is. Bovendien is het geen aanrader om de toren te bezoeken op zon- en feestdagen voor twee uur in de middag. Ook is het verstandig om vooraf tickets te kopen om niet in de wachtrij te hoeven staan. De Torre de Belém bezoeken gaat vaak in combinatie met het Jeronimos Klooster en vaak worden hiervoor combinatietickets aangeboden.
2. Jeronimos Klooster
Terug in de tijd
Dicht bij de Torre de Belém staat het Jeronimos Klooster. Het klooster wordt ook wel het Mosteiro dos Jerónimos of het Hiëronymietenklooster genoemd. Ook dit gebouw is gebouwd door Manuel I. Dit gebeurde na de terugkeer van Vasco da Gama en het gebouw diende als bedankje voor Vasco da Gama met al het moois dat hij meebracht uit India. Bovendien werd het klooster gebouwd voor de Hiëronymietenorde, die voor de ziel van de koning moest bidden en om zeelieden te steunen.
In 1501 begonnen ze met bouwen. In 1520 werd de bouw tijdelijk stilgelegd door het overlijden van koning Manuel I. In 1550 werd de bouw herpakt door Diogo de Torralva en door Jérôme de Rouen maakte het bouwwerk af. In 1580 werd de bouw nog een keer stilgelegd en na precies tien jaar bouwen, in 1601, werd het klooster geopend. In 1860 werd het klooster gerestaureerd en in 1893 werd er een museum geopend, het nationaal archeologisch museum. In 1963 opende er nogmaals een museum, het maritiem museum.
Jeronimos Klooster bezoeken
Het Hiëronymietenklooster in Lissabon bezoeken, oftewel dé bezienswaardigheid van de Portugese hoofdstad, is het dubbel en dwars waard. Wanneer je voor dit gebouw staat zal je waarschijnlijk even met open mond ernaar kijken. Vooral het stijltje waarin het klooster is gebouwd is indrukwekkend. Dit gebouw is namelijk ook gebouwd in de bekende Manuelino-stijl met kenmerkende details van steenhouwwerk. Al deze details zijn geïnspireerd door de ontdekkingsreizen. Zo zie je wereldbollen, ankers en touwknopen terug in de versieringen. Vooral de ingangen van het klooster, de Santa Maria-kerk en de graftombes zijn indrukwekkend om te zien. Onder andere zijn koning Manuel I en zijn vrouw hier begraven, net als Vasco da Gama.
Je kunt het klooster het hele jaar door bezoeken, behalve op maandagen. Ook op 1 januari, paaszondag, 1 mei, 13 juni en 25 december is het klooster gesloten. Je kunt de Santa Maria-kerk gratis bezoeken, maar voor de rest van het klooster moet je een ticket kopen. Vaak gaat dit in combinatie met de Torre de Belém.
